- Home
- Zwangerschap
- De menstruatiecyclus en zwange ...
Inhoudsopgave
De menstruatiecyclus is een periodieke verandering in het lichaam van de vrouw tussen de puberteit en de menopauze. Deze cyclus heeft te maken met de eicelrijping en het klaarmaken van het lichaam voor een mogelijke zwangerschap. De menstruatiecyclus heeft dus te maken met de vruchtbaarheid van de vrouw.
De lengte van een cyclus verschilt per vrouw en per cyclus en ligt meestal tussen de 23 en 35 dagen. Elke variatie die optreedt in de lengte van de cyclus zit meestal in de periode vóór de ovulatie (de folliculaire fase). Bij de meeste vrouwen duurt het na de ovulatie 12 tot 16 dagen tot hun volgende cyclus begint (de luteale fase).
Wanneer je aan de pil bent, wordt je menstruatiecyclus gereguleerd middels de hormonen die je slikt. Je menstruatiecyclus is dan elke maand hetzelfde. Wanneer je stopt met de pil, bijvoorbeeld om zwanger te worden, kan het even duren voordat je menstruatiecyclus weer normaal verloopt. Lees hier over hoe snel je na het stoppen met de pil zwanger kunt worden.
Begin van je menstruatiecyclus
De eerste dag van je menstruatiecyclus is de eerste dag dat je ongesteld bent. De menstruatie houdt vervolgens 3 tot 7 dagen aan. Als je last hebt van menstruatiepijn, vind je waarschijnlijk dat deze op de eerste dag van je menstruatie het hevigst is. Hormonen in je lichaam zorgen ervoor dat je baarmoeder het slijmvlies afstoot dat in de vorige cyclus is ontstaan.
Aan het begin van je cyclus stuurt je lichaam een signaal naar je hersenen om te starten met het produceren van het follikelstimulerende hormoon (FSH). Dit is het belangrijkste hormoon voor het produceren van rijpe eicellen.
Follikels zijn de met vocht gevulde blaasjes in je eierstokken. Elke follikel bevat één onrijpe eicel. Het FSH stimuleert de ontwikkeling van een aantal follikels en zet ze aan tot de productie van het hormoon oestrogeen. Je oestrogeenspiegel is het laagst op de eerste dag van je menstruatie. Daarna stijgt deze weer. Normaal gesproken wordt één follikel ‘dominant’. De eicel binnen deze follikel komt tot rijping terwijl die follikel groter wordt.
Tegelijkertijd zorgt de toenemende hoeveelheid oestrogeen in je lichaam ervoor dat de binnenwand van je baarmoeder dikker wordt en rijker aan voedingsstoffen en bloed. Dit gebeurt voor het geval je zwanger wordt. Het bevruchte eitje zal dan alle voedingsstoffen en ondersteuning hebben die nodig zijn om te groeien. Hoge oestrogeenspiegels worden ook geassocieerd met het verschijnen van ‘spermavriendelijk’ slijm (vruchtbaar cervixslijm). Je kunt dit herkennen aan een dunne, glibberige afscheiding die helder, troebel of wit kan zijn. Sperma kan makkelijker door dit slijm ‘zwemmen’ en kan er verscheidene dagen in overleven.
Ovulatie
De oestrogeenspiegel in je lichaam neemt nog steeds toe en zorgt uiteindelijk voor een snelle stijging in de hoeveelheid luteïniserend hormoon (de ‘LH-piek’). Deze LH-piek geeft de rijpende eicel de laatste zet die nodig is om volledig tot rijping te komen en vrij te komen uit de follikel. Dit proces staat bekend als ovulatie.
Veel vrouwen denken dat ze op de 14de dag ovuleren, maar dat is niet altijd het geval. De dag van je ovulatie hangt af van de lengte van je cyclus. Sommige vrouwen voelen een stekende pijn als ze ovuleren, maar de meesten voelen helemaal niets. Verder is nergens aan te merken dat je ovuleert.
Na de ovulatie
Als de eicel eenmaal is vrijgekomen, beweegt deze door de eileider in de richting van je baarmoeder. De eicel kan 24 uur lang blijven leven. De overlevingstijd van sperma varieert meer, maar is gemiddeld 3-5 dagen. De dagen voor de ovulatie en de dag van de ovulatie zelf zijn dus je meest vruchtbare dagen – dan maak je de meeste kans zwanger te worden. Direct na de ovulatie begint het follikel nog een hormoon te produceren: progesteron.
Progesteron stimuleert de verdere ontwikkeling van de baarmoederwand ter voorbereiding op een bevrucht eitje. De lege follikel begint intussen te krimpen, maar blijft progesteron produceren en gaat ook oestrogeen produceren. In dit stadium kun je symptomen krijgen van het premenstrueel syndroom (PMS), zoals gevoelige borsten, een opgeblazen gevoel, slaperigheid, neerslachtigheid en prikkelbaarheid.
Wel of geen bevruchting
Als de eicel niet wordt bevrucht terwijl de lege follikel krimpt, nemen het oestrogeenniveau en het progesteronniveau af, omdat deze hormonen niet langer nodig zijn. Zonder de hoge hormoonspiegels die de dikke laag slijmvlies die in de baarmoeder is opgebouwd, in stand houden, wordt deze laag afgebroken en door je lichaam afgestoten. Dit is het begin van je menstruatie en het begin van je volgende cyclus.
Als het eitje is bevrucht, kan het zich innestelen in de baarmoederwand. Dit vindt doorgaans een week na de bevruchting plaats. Als het bevruchte eitje zich heeft ingenesteld, gaat je lichaam het zwangerschapshormoon humaan choriongonadotrofine (hCG) produceren, waardoor de lege follikel actief zal blijven. Het blijft de hormonen oestrogeen en progesteron produceren om te voorkomen dat het baarmoederslijmvlies wordt afgestoten, totdat de placenta (die alle voedingsstoffen bevat die het embryo nodig heeft) voldoende ontwikkeld is om de zwangerschap in stand te houden.
Als je zwanger wilt worden, is het dus aan te raden om al enkele dagen voor de vermoedelijke eisprong geslachtsgemeenschap te hebben.